Zaterdagochtend kunnen beginnen we onder droge omstandigheden aan de eerste vrije training. Erik bouwt deze netjes op en komt uit op een 1.09,50 dat is iets sneller dan de eerste sessie vorige week op hetzelfde circuit. Na de vrije training bespreken Peter Verschoor en Roy van den Nieuwendijk samen met Erik de sessie en gaan we ons opmaken voor de kwalificatie. De machine staat in principe goed, dus behalve nalopen en tanken hoeft er niets te worden aangepast.
Erik heeft goed geluisterd naar Peter en Roy en zit meteen in zijn eerste snelle rondje onder zijn tijd van de eerste sessie en verbetert nagenoeg iedere ronde zijn tijd. Hij komt uiteindelijk op 1.06.53 een verbetering van zijn pr met ruim 1,5 seconde. Op de baan is dit de 11e tijd, maar het verschil met de eerste vijf rijders voor hem is slechts een seconde. Dit is een goed uitgangspunt voor de wedstrijd.
Eerste wedstrijd Bij de start is Erik redelijk weg, maar toch weten twee rijders die hij bij de start te pakken had, hem in de eerste bochtenserie weer voorbij te steken. Erik gaat daarna te geforceerd aan de slag om zijn positie weer terug te pakken, waardoor hij teveel foutjes maakt en de aansluiting juiste verliest. Hij finished de wedstrijd uiteindelijk op een 11e plaats, 9e in zijn eigen klasse. Verre van tevreden komt hij binnen waarna we de wedstrijd goed doornemen.
Tweede wedstrijd Voor de start is het gaan regenen, hier had Erik op gehoopt want op de natte baan van het Asser circuit had hij al eerder gereden en wist dat er best veel grip was. De start was wederom niet super maar nu kon hij goed bij blijven, tegen het einde maakte hij een paar foutjes. Maar reed uiteindelijk toch vrij snel naar het achterwiel van Patrick. In de bochtencombinatie richting start finish bleef het gas even hangen waardoor hij het net niet kon afmaken. De race duurde helaas voor Erik een ronde te kort en komt als negende over de finish. Jammer dat Patrick net niet ingehaald was, maar tevreden met een veel betere tweede wedstrijd.
Met een goed gevoel sluiten we de eerste dag af in de wetenschap dat het morgen allemaal nog een tandje beter kan.